‘Zere lippen van het blazen’

Drie jaar geleden zag Femke iemand trombone spelen. Een soort schuiftrompet. Wat ze toen dacht? ‘Dat is een gaaf instrument! Echt iets voor mij.’ En dat klopte helemaal. ‘Ik speel nu ook in een carnavalsband.’

Dat is heel bijzonder, zegt Femke (12). ‘Ik heb nog nooit een andere carnavalsband gezien waar ook kinderen in spelen. Onze band heet De Restantjes. Als we ergens spelen, krijg ik altijd veel aandacht. Dat is natuurlijk best leuk.’

De vader van Femke speelt trompet. Haar moeder speelt saxofoon. Ook zij spelen bij De Restantjes. Dat maakte het niet makkelijker om in de band te komen. ‘Ik moest eerst laten horen wat ik kon spelen. Toen werd er gestemd. Dat was heel spannend.’

Carnaval
Femke vindt het superleuk om muziek te maken met carnaval. ‘Maar ’s avonds ga ik niet mee met de band. Overdag is al heel vermoeiend. Na vijf dagen doen mijn lippen zeer van het blazen. Insmeren met Labello gaat niet als je een blaasinstrument hebt, want dan kan je niet spelen.’

Eerst had Femke een leen-trombone. Nu heeft ze er een voor zichzelf. ‘Hij kostte 198 euro. Ik heb er zelf voor gespaard.’ Een ander instrument dan trombone, wil ze niet spelen. ‘Met trombone kun je alles. Rustig spelen, muziek van Hardwell, carnaval. Het schuiven met de buis. Dat is gaaf.’

Bedankt Gaby (12) en Romaïssa (9) voor jullie hulp bij dit interview.

De harp

Ik speel harp. De harp is een mooi instrument. Het heeft ongeveer 50 snaren, maar het kan ook 40 of 60 zijn. Als je harp speelt, moet je proberen iedere dag te spelen. Maar dat is bij ieder instrument. De harp kan soms moeilijk te bespelen zijn, maar als je goed oefent kom je ook weer verder. Er zijn niet veel orkesten, maar er zijn ensembles. Daar speel je met andere mensen met hetzelfde instrument samen. De harp is niet echt makkelijk te vervoeren. Maar er zijn harptassen!

Aline (10)